De set bestaat uit negen sets basiskaarten en kaarten die beschrijven hoe de betreffende zintuiglijke materialen kunnen worden samengesteld om interessante patronen te creëren. De kaarten lopen op in moeilijkheidsgraad en volgen de gebruikelijke (Montessoriaanse) volgorde van aanbieding van de materialen in reeksen.
De kaarten met de nummers 1, 2, 3 ... vormen de ruimtelijke geometrische figuren en patronen. De kaarten met de nummers 1a, 2a, 3a ... de vlakke meetkundige figuren en patronen. De kaarten met nummers zonder paren, bijvoorbeeld de serie 1, vertegenwoordigen de kaarten met de nummers 9, 10, 11, 12 in de volgorde waarin de patronen worden gevormd uit alle eerder bekende materialen.
Doelen:
De kinderen leren en oefenen uit hoe vlakke geometrische figuren en patronen kunnen worden omgezet in ruimtelijke figuren en patronen, en vice versa door de perceptie en visuele en denkbeeldige analyse van de vormen die in de taakkaarten zijn gefotografeerd en weergegeven.
Benodigde materialen om met de opdrachtkaarten te werken:
Ruimtelijke geometrische figuren: De set cylinderblokken, gekleurde cilinders, roze toren, bruine trap, rode stokken
Figuren in het platte vlak: Beige cirkels, gekleurde cirkels, roze vierkanten, bruine rechthoeken, rode rechthoeken (Topic producten)
No customer comments for the moment.